Winterverwachting 2020-2021 vanuit Borculo

ALGEMEEN

De astronomische winter van 2020-2021 gaat maandag 21 december van start. Wat zal het deze winter worden? Een strenge/koude winter of een zachte winter of mogelijk wel een kwakkelwinter!
Ondergetekende wenst U in ieder geval veel leesplezier! Bedenk dat ook in een zachte winter schaatsplezier goed mogelijk is! De vorige winter verliep zacht met een etmaalgemiddelde van 5,5°C tegen normaal 2,6°C voor Borculo! De winter van 2020 was voor Borculo de zachtste winter sinds de winter van 2016 met 5,6°C. De laatste koude(re) winter was voor Borculo de winter van 2013 met 2,3°C. Toch vanaf 2014 t/m 2018 hadden we wel koude winterse perioden met ook schaatsplezier, onderstaande foto's zijn daarvan o.a. het bewijs! De vorige winter van 2020 was de eerste winter sinds 2013 die absoluut geen koude periode kende, landelijk de laagste temperatuur was -5,4°C op het KNMI-station Maastricht op 21 januari.
Onderstaande foto links is van de ijsbaan in Borculo op de vroege zondagochtend van 22 januari 2017 en rechtsonder de ijsbaan in Losser op zondagmiddag 22 januari 2017.

En we moeten niet zenuwachtig worden dat de winter pas laat op gang komt, dat heeft de winter van 2018 wel bewezen met de ijzig koude periode die begon in februari en aanhield t/m begin maart. Vanaf 3 februari t/m 4 maart 2018 kwam het landelijk elke nacht tot vorst, in Borculo in twee nachten net geen vorst. Deze periode had in Borculo een etmaalgemiddelde van -0,4°C. Voor Borculo de op drie na koudste overeenkomstige periode sinds 1981. De overeenkomstige periode was sinds 1981 kouder in 1985, 1986 en 1991 met respectievelijk -0,5°C , -4,3°C en -1°C. In Borculo kwam de periode 3 februari t/m 4 maart 2018 totaal tot 383 vorsturen, sinds 1981 zijn er voor Borculo zeven winters die dat niet eens hebben gehaald over de hele winterperiode. Dan te bedenken dat de hele winterperiode van 2018 in Borculo tot 390 vorsturen kwam. De derde decade van februari 2018 was met een etmaalgemiddelde van -2,2°C voor Borculo de op één na koudste derde februari-decade sinds 1981, alleen in 1986 met -5,9°C nog kouder.

Onderstaande foto links maakte Arie Verrips van schaatsers op het Pluismeer bij Lage Vuursche, daar was het ijs 7-8 centimeter dik begin maart 2018. In losser stonden ze op 8 februari 2018 al op de schaats op de ijsbaan. Onderstaande foto rechts is van de ijsbaan in Borculo die in de ochtend van 2 maart 2018 om 9 uur de poort opende. (bron foto: Over Borculo)

 

Onderstaande foto's maakte Peter de Vries van ijsvorming langs de Westeinder in de regio Kudelstaart begin maart 2018.

Onderstaande foto links is van 28 februari 2018, een ijsbreker op het IJsselmeer! Onderstaande foto rechts maakte Peter de Vries, ijszeilen en schaatsen kon op 3 maart 2018 nog prima op de Langeraarse Plassen.

 

Onderstaande foto links maakte Dick Scheer, op de foto de overblijfselen van de winter van 2018 later in de eerste week van maart in het Leersummerse veld. De foto rechtsonder is van Terschelling en de foto is gemaakt door Sytse, daar leek het begin maart 2018 nog op een poollandschap.

Onderstaande foto is van kruiend ijs langs het Markermeer begin maart 2018. (bron foto: Weerwoord van David)

In de winter van 2019 een koude periode van rond 17- t/m 25 januari met in Borculo van 22- t/m 24 januari de enige ijsdagen van de winter van 2019. In die periode de koudste nacht naar 21 januari met -9,4°C. De Borculose ijsbaan was toen open op 24- en 25 januari 2019.
Onderstaande foto's zijn van 24 januari 2019, links van de ijsbaan in Borculo die in de ochtend om 10 uur de poort opende en rechts sneeuw in Borculo. (foto's zijn gemaakt door ondergetekende)

 

Onderstaande foto is van 27 januari 2014, in de winter van 2014 met in Borculo geen enkele koudepunt! Voor Borculo de enige winter sinds 1981 die geen koudepunten heeft! Toch was het voor een groot deel van Nederland bijna niet voor te stellen dat onderstaande foto van 27 januari 2014 ook van Nederland is. Onderstaande foto is gemaakt door Jannes Wiersema uit Roodeschool. Het kan soms vreemd verkeren in Nederland, ook in de winter. Met andere woorden, er is altijd hoop!

Hieronder worden door ondergetekende een aantal wapenfeiten genoemd die mogelijk wat kunnen zeggen over de winterperiode van 2020-2021.

De winter die op ondergetekende veel indruk heeft gemaakt is altijd nog de winter van 1978-1979. Ik herinner het mij nog als de dag van gisteren, de barre winterse toestanden in de winter van 1978-1979 in het noorden van Nederland. Ondergetekende had het "geluk" om werkzaam te zijn in het noorden van het land. Ondergetekende heeft daar een aantal dagen compleet “vast” gezeten in de sneeuw, je kon werkelijk geen kant meer op! Echt muren van sneeuw...............meters hoog! Onderstaande foto's komen uit het noorden van het land van de winter van 1978-1979!

 

Klik voor spectaculaire beelden uit de winter van 1978-1979 op onderstaande links!

 sneeuwwinter 1978-1979

winter 1978-1979 vanuit Oude Pekela

busrit naar Zoutkamp in de winter van 1978-1979

Seizoensverwachtingen staan echt nog in de kinderschoenen en het is dan ook absoluut onmogelijk om een uitspraak te doen over het verloop van de winterperiode van 2020-2021. Om een verwachting te maken voor de winter in onze regio moet men rekening houden met veel factoren, denk daarbij o.a. aan de temperaturen van de oceanen wereldwijd. Je kunt ook vergelijken, bekijken wat er in het verleden vooraf ging aan een koude of zachte winter. Zo ontstonden ook vaak de weerspreuken waarvan onze voorouders gebruik maakten. Dit kwam heel vaak ook nog uit, maar vergeet niet dat het ook even zo vaak niet uitkwam!

ZONNEVLEKKEN

 Het is bekend dat de zon in perioden met weinig zonnevlekken minder energie uitstraalt dan anders, dit kan van invloed zijn op het klimaat op aarde en met name ook voor de winter. Er zijn mogelijk aanwijzingen van koude winters in Noordwest-Europa die verband houden met de energieproductie van de zon. Uit metingen met de Spectral Irradiance Monitor (SIM) van de kunstmaan heeft men de intensiteit van de ultraviolette straling kunnen meten.
Bij een minder actieve zon ook minder UV-straling en dit maakt op zijn beurt minder ozon aan op een hoogte van 30 kilometer. Hierdoor wordt op die hoogte ook minder UV-straling opgenomen en hierdoor koelt de stratosfeer op 30 kilometer hoogte ook meer af en dat verzwakt de westenwind rond de Noordpool en verhoogt de kans op oostenwinden aan de grond, oftewel aanvoer van koudere lucht. Koude(re) winters verlopen heel vaak tijdens een zonnevlekkenminimum. Veel zonnevlekken maken de kans op een zachte(re) winter groter en een minimum aan zonnevlekken maken de kans op koude(re) winters groter. Dit kwam 100% uit in de koude winters van de jaren tachtig en negentig. De laatste Elfstedentocht, in 1997, vond ook plaats in een zonnevlekkenminimum!

Hieronder ziet U een stempelkaart van de Elfstedentocht van 1997.



Maar hierbij wel een opvallend gegeven die we niet moeten vergeten! De afgelopen 60 jaar werden veel Elfstedentochten verreden tijdens een zonnevlekkenminimum, een uitzondering was de winter van 1956. Maar opvallend hierbij is ook dat de meeste Elfstedentochten in de periode 1909-1950 werden verreden met een hoge zonneactiviteit. Ook de gemiddelde wintertemperatuur was in deze periode juist iets hoger.
Terwijl door de fluctuaties van de UV-straling in Europa de wintertemperaturen sterk kunnen dalen, is het op andere plaatsen juist warmer dan normaal. Op de gemiddelde wereldtemperatuur heeft de UV-variatie geen invloed.

Vanaf 2007 hebben we duidelijk in een periode gezeten met weinig zonnevlekken. In de herfst van 2012 waren er wel felle uitbarstingen op de zon waar te nemen, dat was overigens maar tijdelijk, want al vrij snel werd de zonneactiviteit weer vrij laag. De laatste jaren hadden we te maken met weinig zonnevlekken als gevolg van een minder actieve zon, maar dit kwam niet echt tot uiting in koudere winters, wel koude perioden. De verwachting is dat we in de winter van 2020-2021 te maken krijgen met een actiever wordende zon, meer zonnevlekken,
daarmee wordt de kans op een koudere winter kleiner.

Hieronder een foto van de zon met zonnevlekken.

Het gevonden verband tussen variaties in de UV-productie van de zon en het Europese weer zou ook een verklaring kunnen bieden voor de kleine ijstijd tussen ca. 1645 en 1715, in deze periode was de zon tientallen jaren lang vrijwel niet actief en hadden we wintertemperaturen in Europa ongeveer een graad lager dan normaal.

ZONNEVLEKKEN EN DE WINTERS VAN 2009 T/M 2011  

Ook in 2008 weinig zonnevlekken en de winter van 2008-2009 was bijvoorbeeld in Borculo met een etmaalgemiddelde van 1,8
°C een koude winter, normaal is voor Borculo een etmaalgemiddelde voor de winterperiode van 2,5°C. Ook in 2009 weinig zonnevlekken en de winter van 2009-2010 was een koude en sneeuwrijke winter. De winter van 2010 had een etmaalgemiddelde van 0,6°C en daarmee een zeer koude winter en de koudste winter sinds 1996 voor Borculo. Ook de winter van 2010-2011 was over het geheel een koude winter met in Borculo een etmaalgemiddelde van 1,4°C. Wel moeten we er aan toevoegen dat de winter van 2010-2011 alleen een koude status behaalde door landelijk de koudste december sinds 1969.
Borculo had in 2010 de koudste decembermaand sinds 1981! December 2010 noteerde in Borculo 18 ijsdagen, 18 etmalen waarin de temperatuur een etmaal lang onder het vriespunt bleef. Gemiddeld telt december in Borculo vier ijsdagen. Dan te bedenken dat er sinds 1981 in Borculo 27 winters zijn geweest die het aantal van 18 ijsdagen niet eens hebben gehaald. Vanaf 29 november 2010 in Borculo ook de start van een periode met zes ijsdagen op rij, nooit eerder zo vroeg sinds 1981 in Borculo zes ijsdagen op rij.

Onderstaande twee foto's zijn van december 2010 van Borculo. Linksonder de nog werkende sluizen en rechtsonder de ophaalbrug over het riviertje de Berkel van de tak die nog door Borculo loopt.

ZONNEVLEKKEN EN DE WINTER VAN 2012

Dan de winter van 2011-2012! Toen zaten we weer in een periode waarin het aantal zonnevlekken was toegenomen, maar zeker niet spectaculair. Met de actievere zon was daarmee de kans op een koudere winter wel kleiner geworden. De winter van 2012 had in Borculo een etmaalgemiddelde van 3,4°C en daarmee was het duidelijk een zachte winter, normaal voor Borculo is een etmaalgemiddelde voor de winter van 2,5°C. MAAR......... we herinneren ons allemaal nog wel de eerste twee weken van februari 2012!
Het hele winterseizoen verliep uitzonderlijk zacht, waarbij vorst en sneeuw vrijwel de grote afwezigen waren, m.u.v. het tijdvak van 28 januari t/m 12 februari. Uitgerekend deze periode verliep extreem koud! Sterker nog, het tijdvak 1- t/m 11 februari 2012 is in het verleden, sinds 1901, nog nooit zo koud verlopen als in 2012! Geen enkele legendarische winter had in deze periode een vergelijkbare kou-produktie! Ook in de koude winters van 1963, 1956, 1940, 1929 verliep deze periode niet zo koud. Op het KNMI-station De Bilt bleef het Hellmanngetal de eerste winterhelft van 2012 op 0,0 koudepunten staan en ook na 12 februari werden geen koudepunten meer behaald. Op 16- en 17 januari werden nog 1,3 koudepunten binnen gehaald, de rest van de 88,4 koudepunten werden in vijftien dagen tijd gescoord, van 29 januari t/m 12 februari.

Onderstaande foto's zijn van begin februari 2012 in het Groningse Zuidhorn, volop winter! Foto's zijn gemaakt door Gerard Kiewiet.

LANGE VLEKKELOZE PERIODE OP DE ZON IN 1954

Een lange vlekkeloze periode op de zon was er in 1954, maar wat voor winter werd het daarna in de winter van 1954-1955?
De winter van 1954-1955 is een winter die niet zo vaak in de aandacht komt en dat is zeker zeer onterecht. Velen zouden er nu al voor tekenen als de winter van 2020-2021 een winter zou worden als die van 1954-1955!

Januari 1955 staat met 25 vorstdagen in de top 10 van januari-maanden met de meeste vorstdagen. Ook februari 1955 verliep koud. Op 18 februari 1955 daalde de temperatuur op het inmiddels opgeheven KNMI-station Winterswijk tot -10,1°C, het zou het begin zijn van een bijzonder koude periode van 18 februari t/m 22 maart 1955. De gemiddelde temperatuur in deze periode was in De Bilt alleen kouder in de op één na koudste winter van de vorige eeuw en wel in 1947. In de nacht van 17 op 18 februari 1955 begon het in de zuidwesthoek van Friesland ook nog hevig te sneeuwen. Het leverde in korte tijd in Sint Nicolaasga een sneeuwdek van 35 centimeter op. De gemiddelde temperatuur over de derde decade van februari 1955 bedroeg in De Bilt –3,4ºC!
 Op 1 maart 1955 werd in Groningen een serie van 18 ijsdagen afgesloten. Van 18 februari t/m 1 maart was de temperatuur niet boven het vriespunt geweest, zelfs in de koudste januari-maanden zou dat een bijzonderheid zijn geweest.
Opvallend waren ook de zeer vele sneeuwdagen in de winter van 1954-1955. Februari 1955 telde in De Bilt 18 dagen met sneeuw, waarvan zelfs 13 op rij. Lemmer raakte zelfs geïsoleerd door sneeuwduinen van 1- tot 1,5 meter hoogte.

Onderstaande foto is van de winter van 1954-1955, veel sneeuw.



En wat te denken van maart 1955! Onder invloed van hogedrukgebieden ten noorden en oosten van ons land was het bijna voortdurend te koud en er viel wederom veel sneeuw. Op 8 maart 1955 had het inmiddels opgeheven KNMI-station Winterswijk nog een ijsdag, een etmaal lang kwam de temperatuur niet boven het vriespunt. Zo kon men in maart 1955 nog schaatsen in Zeeland tussen Koudekerke en Vlissingen. In Friesland werd zelfs nog even gedacht aan een Elfstedentocht. De gemiddelde temperatuur over de eerste decade van maart 1955 bedroeg in De Bilt –0,6ºC en over de tweede decade was dat 1,1ºC. Op 20 maart 1955 meldde De Bilt de laagste temperatuur van die maand met -8,4ºC! Maart 1955 telde in De Bilt nog 23 vorstdagen en staat daarmee op de tweede plaats in de top 10 van maart-maanden met de meeste vorstdagen. Het eind van maart 1955 was wederom koud met nog 7ºC vorst op het KNMI-station Deelen. Het zou niet de laatste vorst zijn want in de tweede helft van april 1955 kwam het in veel nachten nog tot schadelijke nachtvorst.
De conclusie zal duidelijk zijn, de winter van 1955 was een echte winter en dat na een periode met een lange vlekkeloze periode op de zon!

ZONNEVLEKKEN EN DE WINTER VAN 2013

In de winter van 2012-2013 was de zonneactiviteit vrij laag! Met andere woorden de kans op een koude(re) winter was groter! Met een etmaalgemiddelde in de winter van 2012-2013 in Borculo van 2,3°C was het thermisch een normale winter. Maar wel een winter met een extreem koude periode in de tweede helft van januari!
In de nacht naar 27 januari 2013 kwam er een eind aan een bijzondere periode en wel 14 etmalen op rij elke dag vorst op alle KNMI-stations, dat gebeurt niet vaak! In Borculo kwam de temperatuur in de avond van 26 januari 2013 vanaf 20.30 uur weer boven het vriespunt uit. Voor Borculo kwam daarmee een eind aan een periode van 320 uur een temperatuur van onder het vriespunt. Voor Borculo de op twee na langste periode sinds het begin van de reguliere metingen in 1981. Een nog langere periode had Borculo begin januari 1987 en eind december 1996 begin januari 1997.

Onderstaande foto is van de webcam in Scheveningen op 15 januari 2013, sneeuw op het strand.

Op 27 januari 2013 kwam er een eind aan een opmerkelijke vorstperiode. De laagste gemiddelde minimumtemperatuur over de periode 12- t/m 26 januari werden gemeten op de KNMI-stations Herwijnen en Westdorpe met gemiddeld -7,6°C. Dan te bedenken dat het KNMI-station Twente "slechts" tot -5,7°C kwam en Borculo tot -5,2°C.  In Borculo was de temperatuur t/m 26 januari al 13 etmalen op rij niet meer boven het vriespunt uitgekomen, oftewel 13 ijsdagen op rij. Dat was voor Borculo de langste reeks sinds eind 1996 begin 1997 toen Borculo tot 20 ijsdagen op rij kwam. Ook het aantal vorsturen liep daarmee flink op, t/m 27 januari telde Borculo 350 vorsturen in januari 2013. Dat is het hoogste voor januari sinds 2010, gemiddeld telt januari 214 vorsturen in Borculo.

Onderstaande foto's zijn gemaakt door Peter de Vries op Schiphol, ook daar sneeuw op 21 januari 2013. Op de foto rechtsonder duidelijk zichtbaar de sneeuwschuivers.

Van 13 januari t/m 25 januari 2013 had het KNMI-station De Bilt een koudegetal opgebouwd van 52,7. Dat was toen al voldoende om de winter van 2012-2013 te classificeren als een normale winter. Het koudegetal wordt verkregen door de negatieve waarden van de etmaalgemiddelden bij elkaar op te tellen gedurende de periode 1 november tot 1 april.

Daarna volgde ook nog een lange koude periode in het voorjaar van 2013! In Borculo zelfs de op één na koudste maart sinds 1981 en de koudste april sinds 2001! Ook mei verliep te koud in Borculo. Daarmee voor Borculo de koudste lente sinds 1981. Voor het KNMI-station De Bilt staat de lente van 2013 op de zevende plaats in de lijst van meest koude lentes sinds 1901.

Op 22 januari 2013 ging de Borculose ijsbaan open, op de middag van 23 januari alleen nog voor de jeugd. Daarna was de Borculose ijsbaan open t/m 26 januari.

SUDDEN STRATOSPHERIC WARMING (SSW)

Nauw verband met de zonnevlekken op de zon is de SSW en dat staat voor Sudden Stratospheric Warming. Een hele mond vol, hiermee wordt bedoeld een plotselinge opwarming van de stratosfeer boven het Noordpoolgebied. Bij een SSW is de kans heel groot dat er een kou-uitval plaatsvindt vanaf de Noordpool richting het zuiden, dus ook naar West-Europa. Dit is ook in de laatste koude winters van 2012 en 2013 voorgekomen en dat leverde in beide winters een korte maar wel extreem koude periode op.
De kans op een SSW is bij een niet al te actieve zon kleiner! Voor de komende winterperiode wordt een actievere zon verwacht, dus is de kans groter op een SSW en daarmee de kans op een koude(re) winter groter.

SNEEUW IN SIBERIË

Er zijn aanwijzingen dat als er in oktober veel sneeuw ligt in Siberië de kans op een koude(re) winter bij ons wat groter wordt. In oktober 2020 lag in Siberië op veel plaatsen nog niet veel sneeuw. Dat lijkt geen gunstige ontwikkeling voor een koude(re) winter voor Nederland. Maar er worden wel meer vraagtekens gezet of sneeuw in oktober in Siberië wel invloed heeft op de winter in onze regio.  

EL-NINO

Dan is er nog het fenomeen El-Nino, er zijn voorzichtig wat aanwijzingen dat tijdens een El-Nino periode de straalstroom boven West-Europa en met name Noord-Europa wat verzwakt en dan gaat de straalstroom meer meanderen (golven) en dat maakt de kans op een koudere winter wat groter. Tijdens de winter van 2011-2012 met de zeer koude februari hadden we te maken met La-Nina, de tegenpool van El Nino. Het afgelopen jaar was er een vrij neutrale El-Nino en de jaren daarvoor overheerste de tegenpool van El-Nino en dat is La-Nina. Voor de winter van 2020-2021 wordt een sterkere La-Nina verwacht, dat zou dan kunnen betekenen dat de winter met name in de maanden januari/februari een terugslag kan verwachten als deze er overigens al is.

Het schijnt dat het effect van een El-Nino op het weer in Nederland met name van invloed is op een natter voorjaar. Maart–mei 1878, 1983 en 1998 zijn hier een voorbeeld van toen er in het voorjaar veel meer neerslag viel dan gewoonlijk. De laatste El-Nino in 2015-2016 leverde voor Nederland geen natter voorjaar op.

De laatste zeer sterke El-Nino was in 1997/1998, daarvoor waren er in 1982/1983, 1972/1973, 1888/1889 en 1877/1878 ook sterke El-Nino’s. Kijken we dan naar de winters die daarop volgden dan zien we het volgende:
De winter van 1997/1998 verliep zacht, de winter van 1982/1983 verliep zacht en de winter van 1972/1973 verliep zacht.

  Onderstaande foto is van de winter van 1997 met ijsvorming op de IJssel, hieronder de veerpont van Wijhe naar Olst die hinder ondervond van het ijs. Vanaf eind 1996 en met name in de loop van 1997 kwam het tot een actieve El-Nino met als resultaat onderstaande foto.

NAO- en AO-INDEX

Een belangrijke graadmeter voor de winterverwachting in Europa is de NAO-index oftewel de Noord-Atlantische Oscillatie. De NAO-index wordt bepaald door de luchtdruk-afwijking t.o.v. normaal, dit van de luchtdruk bij IJsland en bij de Azoren. Lagere luchtdruk dan normaal bij IJsland en hogere luchtdruk dan normaal bij de Azoren leveren een positieve NAO-index op. Daarentegen hoge luchtdruk bij IJsland en lage luchtdruk bij de Azoren leveren een negatieve NAO-index op.
De NAO-index (Noord Atlantische Oscillatie) is nu al enige tijd positief, de verwachting is dat deze richting negatief gaat.
Twee winters met een langdurige negatieve NAO-index uit het verleden zijn 1984-1985 en 1985-1986. In beide winters was er een Elfstedentocht in Nederland.

Naast de NAO-index kennen we ook de AO-index, de Arctic Oscillation, dit is een maat voor de sterkte van de straalstroom rond de Noordpool oftewel de poolwervel. Is deze negatief dan is dat in het voordeel van een koude(re) winter. De verwachting is dat deze de komende winter ook richting negatief gaat, oftewel dat de kans op een koude(re) winter groter is.

Onderstaande foto is gemaakt door Jannes Wiersema uit Roodeschool, sneeuwduinen in het noorden van het land in januari 2013.

De AO-index was de drijvende kracht in de winter van 2013 en ook in de winter van 2012! Deze AO-index was een belangrijk deel van de winter in zowel 2012 als 2013 behoorlijk negatief, een teken van de aanwezigheid van een hogedrukgebied boven de poolgebieden en daarmee remde de straalstroom meer dan eens sterk af. En zo kwamen we toch op een vrij koude winter uit in 2012 en 2013. Wel moet gezegd worden dat het in beide winters om een korte maar extreem koude periode ging. Bovenstaande foto is daar een voorbeeld van!

FRANZ BAUR

Dan hebben we nog de "kennis" van de verguisde Duitse meteoroloog Franz Baur! Deze beweerde dat “wanneer de eerste helft van december in Midden-Europa tenminste 2,5ºC te zacht is en het zachte weer samenhangt met een westcirculatie, dan moet in Duitsland (en ook Nederland) met een zachte winter rekening worden gehouden”. Dat is één van de sterkste statistische regels die de beroemde, (vanwege de oorlog) deels verguisde Duitse meteoroloog Franz Baur in het verre verleden heeft opgesteld. De verwachting is wel dat december vooralsnog op de zachte toer gaat, wel met een westcirculatie.

Hieronder ziet U een overzicht van de vier hoofdcirculaties die men kent, voor een echte winterperiode met schaatsweer is de oostcirculatie van belang. Voor een sneeuwrijke winter de noordcirculatie.

WINTERS IN PAREN

Ook schijnt in het verleden heel vaak winters met veel kou in paren voor te komen. Bijvoorbeeld, in de winters van de jaren 1985-1986-1987 was dat zo, 11 jaar later in 1996 en 1997 opnieuw en ook met de winters van 2009, 2010, deels 2011, 2012 en 2013. Maar we moeten ons wel realiseren dat vijf winters op rij met een behoorlijke kou-produktie al heel uniek is voor Nederland.

LANDARBEIDER PRUIKSMA

In de jaren '60 en '70 werden er in Friesland toch wel min of meer gezaghebbende voorspellingen gedaan door een landarbeider, Lolke D. Pruiksma (1899-1983) te Boksum. Deze man heeft buitengewoon intrigerende voorspellingen gedaan en baseerde zich daarbij met name op de frequentie van het onweer in november. Hoofduitgangspunt voor hem was, dat wanneer er in november praktisch geen onweer voorkwam, je grote kans maakte op een koude of strenge winter met Elfstedentocht. November 2012 leverde weinig onweer op en de winter van 2013 kende behoorlijk wat kou. Maar uitzonderingen bevestigen de regel! November 2013 en november 2014 kenden weinig onweer en de winters van 2014 en 2015 verliepen zacht en de winter van 2014 was de zachtste winter ooit!
Ook voor de winterperioden van 2015 t/m 2018 kwam dit niet uit. November 2018 had weinig onweer en dat resulteerde niet in een koude(re) winter. November 2019 en ook nu november 2020 weinig onweersactiviteit.

VERLOOP AUGUSTUS, SEPTEMBER EN OKTOBER

Ook blijkt dat na een koele augustusmaand de kans op een koudere winter wat groter is, voorbeelden hiervan zijn 1940, 1956, 1985 en 1996. Augustus 2014 verliep te koud in Borculo met een etmaalgemiddelde van 16,7ºC ruim 1ºC te koud. Voor de winter van 2015 ging dat niet op, want die verliep zacht. Augustus 2015 verliep warm, daarmee de kans op een koude(re) winter 2016 kleiner en dat kwam wel weer uit. Augustus 2016 verliep iets te zacht, daarmee zou de kans op een koude(re) winter klein zijn en dat kwam ook uit. Augustus 2017 verliep precies normaal met het etmaalgemiddelde en daarmee werd de kans op een koudere winter wel kleiner en dat kwam uit. Augustus 2018 verliep 1,5ºC warmer dan normaal voor Borculo, daarmee zou dan de kans op een koude(re) winter van 2019 kleiner worden en dat kwam uit. Augustus 2019 verliep aanzienlijk warmer dan normaal, daarmee in het voordeel van een zachte winter en dat kwam helemaal uit. Augustus 2020 verliep zeer warm en dat is dan in het voordeel van een zachte winter.

Verder hebben de Duitsers ontdekt dat na een warme september en warme oktober meestal een milde winter volgde, wel met enkele korte winterse onderbrekingen. Een goed voorbeeld hiervan was er voor de winter van 2014! September 2013 verliep in Borculo iets warmer dan normaal en oktober verliep 2
°C warmer dan normaal. Daarmee zou de kans op een zachte winter vrij groot zijn! Nou, we hebben het geweten met de boterzachte winter van 2014!
In 2014 twee hele warme maanden september en oktober, daarmee zou dan de kans op een milde winter van 2015 groot zijn en dat kwam ook uit! In 2015 verliepen september en oktober te koel, in 2016 verliep september zeer warm en oktober iets te koel en in 2017 een koele september en een zachte oktober en daarmee vanaf 2015 geen aanwijzing waar de winter naar toe zou gaan!
In 2018 een warme september en oktober en daarmee in het voordeel van een zachte winter van 2019 en dat kwam helemaal uit. In 2019 verliep september thermisch normaal en oktober warmer dan normaal, daarmee lichtelijk in het voordeel van een zachte winter en dat kwam wel uit. Nu in 2020 een warme september en oktober, in het voordeel van een zachte winterperiode.

Onderstaande foto links is van de Elfstedentocht in 1985 en de foto rechts is van de ijsbaan in Losser in de winter van 1985.

EERSTE DECADE DECEMBER

Maar er zijn meer wapenfeiten die een mogelijke uitspraak kunnen doen over de te verwachten winter 2020-2021. Zo heeft men berekend dat als er in de eerste decade van december geen sprake is van een echte westcirculatie dan is de kans groter dat er een koude(re) winter volgt. Voor de winter van 2011 kwam dat helemaal uit! De eerste decade van december 2010 was compleet winters met geen westcirculatie en de winter van 2011 is tot nu toe voor Borculo met een etmaalgemiddelde van 1,4°C de laatste echte koude winter. Maar wel de toevoeging dat de winter van 2011 koud verliep door de ijskoude decembermaand. December 2010 was de koudste decembermaand sinds 1969, januari en februari 2011 verliepen zacht en met name februari boterzacht.
In de eerste dagen van de eerste decade van december 2014 was er geen sprake van een echte westcirculatie, deze werd pas later in de eerste decade actiever. Dit zou dan niet in het voordeel zijn van een te verwachten koude(re) winter en dat kwam uit!
In december 2015 voor de eerste decade wel een actieve westcirculatie en daarmee de kans op een zachte(re) winter groter en dat kwam helemaal uit. In de eerste decade van december 2016 geen echte westcirculatie, daarmee in het voordeel van een koude(re) winter! Maar dat kwam niet uit! In december 2017 in de eerste decade veelal een westcirculatie en daarmee de kans op een zachte(re) winter groter en dat kwam uit. In december 2018 ook een westcirculatie in de eerste decade, daarmee werd de kans op een zachte(re) winter van 2019 groter en dat kwam helemaal uit. In de eerste decade van december 2019 een westcirculatie, daarmee in het voordeel van een zachte winter en dat kwam uit. Nu in december 2020 is voor de eerste decade de westcirculatie wel wat sterker.

De volksweerkunde kent ook de volgende weerspreuk: "Is december met wisselvallig weer mijn vrind, dan is het niet waard dat de winter begint"!

STRAALSTROOM

Dan nog iets over de straalstroom, de snelweg van de depressies. Een verzwakking van de straalstroom veroorzaakt meestal een meer meanderende (golvende) stroming in de atmosfeer, de zonale stroming van west naar oost zwakt hierdoor duidelijk af. Een meer meanderende stroming kan tot een grotere uitval van arctische kou leiden. De straalstroom in 2016 was al heel lang meanderend in de atmosfeer en daarmee zou dat een mogelijke verwachting kunnen zijn voor een koudere winter van 2016-2017 of met enkele koude winterse perioden. Het bleef in de winter van 2017 tot enkele koudere tijdvakken. Eind 2017, 2018 en 2019 niet echt aanwijzingen van de straalstroom voor de winter, momenteel is de verwachting wel voor een sterkere straalstroom.

VERLOOP NOVEMBER

Dan is er nog de weerspreuk van de volksweerkunde:
"Zwaait Koning Winter in november al met zijn staf, zijn rijk vindt snel zijn graf"!
Bovengenoemde spreuk ging in de winter van 2011 wel op! November 2010 verliep te koud met zes vorstdagen en zelfs twee ijsdagen en dat liep door in december 2010. Het vervolg was de koudste december sinds 1969 en in de wintermaanden januari en februari 2011 was de winter nagenoeg verdwenen!
De volksweerkunde is nooit zo gelukkig met winter in november. In november 2016 was Koning Winter met name op het eind nog behoorlijk actief, niet in het voordeel van een koude(re) winter.
Maar ook op bovenstaande weerspreuk zijn wel uitzonderingen van toepassing. Eind november 2005 kregen we al de volle winter voor de kiezen met veel sneeuw, toch verliep de winter van 2005-2006 aan de koude kant.

In de regel is een natte november ook geen goed nieuws voor de winterliefhebber. Droge novembermaanden in het verleden werden vaak gevolgd door winters van formaat. Op de novemberdroogte van 1955 volgde de Siberische februari-winter van 1956, na november 1953 met 17 millimeter op het KNMI-station De Bilt kregen we de Elfstedenwinter van 1954, na november 1941 met slechts 28 millimeter neerslag volgde de barre oorlogswinter van 1942 met een landelijk kouderecord op 27 januari met -27,4°C op het inmiddels opgeheven KNMI-station Winterswijk. November 1962 tapte ook maar 29 millimeter af en de winter die volgde van 1963 was de strengste winter van de 20e eeuw. De novembermaanden van 1984, 1985, 1986 en 1995 waren op de meeste plaatsen ook aan de droge kant en de winters die daarop volgden van 1985, 1986, 1987 en 1996 waren koude winters! Maar ook deze kent uitzonderingen, in de top tien van droge novembermaanden staat ook november 1989 met 25 millimeter en november 1997 met 31 millimeter neerslag en de winters daarna waren zachte winters.
In 2012 was november een vrij droge maand voor de meeste plaatsen, de winter die volgde was over het geheel niet koud, maar kende wel een extreem koude tweede helft van januari en een lang koud voorjaar!
November 2013 verliep landelijk gezien zeer nat, daarmee een grotere kans op een zachte winter en dat hebben we geweten! In november 2014 geen natte omstandigheden, dit zou dan in het voordeel van een koude(re) winter zijn, daar kwam niet veel van terecht. In 2015 verliep november op veel plaatsen te nat, daarmee zou de kans groter zijn op een zachte(re) winter en dat kwam wel uit.
Evenals november 2016 verliep ook november 2017 in het algemeen vrij normaal met de neerslag. November 2018 verliep droog en dat zou dan in het voordeel zijn van een koude(re) winter, dat kwam niet uit. De novembermaand van 2019 verliep nat, dat zou dan in het voordeel van een zachte winter zijn en dat kwam helemaal uit. Nu in 2020 verliep november droog, dat moet dan in het voordeel zijn van een koude(re) winter.

Op onderstaande twee foto's de droogte van november 2011, op de foto's de Waal bij Nijmegen. De winter die volgde kreeg wel een ijskoude periode in de eerste twee weken van februari 2012.

KLIMAATDESKUNDIGE VAN MOURIK

En dan kunnen we ook nog de theorie van de klimatoloog Bart van Mourik er op los laten. Klimaatdeskundige Bart van Mourik heeft aangetoond dat er een verband bestaat tussen de daling van de oktobertemperatuur en het verloop van de daarop volgende winter. Uit dit onderzoek blijkt dat bij een oktobermaand met een temperatuurdaling van minder dan 3°C er een grote kans is dat de daarop volgende winter weinig vorst oplevert. Bij een temperatuurdaling van 3°C tot 7°C wordt de kans op een normale- tot koude winter veel groter. Bij een temperatuurdaling van 7°C-10°C is de kans op een strenge winter aanzienlijk groot. Maar is de temperatuurdaling meer dan 10°C dan wordt de kans op een koude winter weer een stuk kleiner.

In Borculo wordt sinds 1981 gemeten en als we de theorie van Bart van Mourik hier op loslaten dan heeft deze een scorings-percentage van bijna 70%. Geen enkele andere theorie heeft voor Borculo een hogere- of gelijkwaardige score, daarom gaat Borculo ook dit jaar voor de verwachting van de komende winter van 2018-2019 gebruik maken van de theorie van Mourik.
Maar een scoringspercentage van 70% betekent altijd nog dat het in 30% van de jaren niet uitkomt. Zo ging het niet op voor de winters van 1996-1997, 1997-1998, 2002-2003, 2003-2004, 2007-2008 en 2009-2010. Voor de winter van 2010-2011 ging het wel op en voor de winter van 2011-2012, 2012-2013 en 2014-2015 ging het weer niet op! Voor de winters van 2015-2016 en 2016-2017 ging het wel weer op.
Maar nog wel een tweetal kanttekeningen voor de winter van 2011-2012 en 2012-2013! In beide winters hadden we wel een extreem koude periode!
In oktober 2013 een temperatuurstijging van 1,3ºC en daarmee doet de theorie van Bart van Mourik geen uitspraak over de winterverwachting voor 2014!

Voor de winter van 1996-1997 nog wel een hele bijzondere periode in Borculo! Op 22 december 1996 s'middags om half vier dook de temperatuur in Borculo onder het vriespunt en kwam er pas weer boven uit op 12 januari 1997! Het resultaat was 20 ijsdagen op rij en in totaal 503 vorsturen, waarvan 78 uur op rij strenge vorst. Strenge vorst van rond half drie in de nacht van 31 december 1996 tot 9 uur s'morgens op 3 januari!

Onderstaande foto is van januari 2009 in een winter die volgens de theorie van Mourik koud(er) zou verlopen en dat kwam ook uit!



Verder met de theorie van Bart van Mourik, voor de temperatuurdaling rekent ondergetekende met de gemiddelde temperatuur van de 1e-decade en de 3e-decade van oktober. In oktober 2017 had de 1e-decade van oktober een etmaalgemiddelde van 12,2ºC en de laatste decade kwam uit op een etmaalgemiddelde van 11,4ºC. Daarmee een temperatuurdaling van 0,8ºC en daarmee zou volgens de theorie van Bart van Mourik de kans op een zachte winter groter zijn! Dat kwam helemaal uit.
In oktober 2018 in de 1e-decade een etmaalgemiddelde van 12,1ºC en in de 3e-decade 8,3ºC en daarmee een temperatuurdaling van 3,8ºC. Dat zou dan voor de winter van 2019 tot een normale tot koudere winter leiden en dat kwam niet uit. In oktober 2019 in de 1e-decade een etmaalgemiddelde van 11ºC en in de 3e-decade 10,6ºC, een temperatuurdaling van 0,4ºC. Dit moet dan in het voordeel van een zachte winter zijn en dat kwam wel uit. Nu in oktober 2020 in de 1e-decade en ook in de 3e-decade een etmaalgemiddelde van 12,4ºC, daarmee in het voordeel van een zachte winter.

ZACHTE WINTER

Maar zoals reeds gemeld in het begin van deze verwachting kent ook een zachte winter wel winterse prikacties, onderstaande foto is van de winter van 2007 en dat is de zachtste winter voor Borculo sinds 1981. In die winter toch een schaatsmarathon op natuurijs en wel in Haaksbergen op 25 januari 2007, zie onderstaande foto waar men de ijsdikte meet.

Ook de winter van 2015 verliep zacht, toch waren er enkele winterse trekjes zoals op onderstaande foto's is te zien. Onderstaande foto's zijn van de webcam van de Provincie Gelderland, de foto linksonder is vanuit Aalten en de foto rechtsonder vanuit Lochem op 24 januari 2015.



Op 24 januari 2015 lag er in Borculo een sneeuwdek van 7,5 centimeter. Voor Borculo het hoogste sneeuwdek sinds 24 februari 2013 toen er ook 7,5 centimeter sneeuw lag.

Onderstaande foto's zijn van 24 januari 2015, de foto linksonder is van Borculo en de foto rechtsonder van Zelhem.

In de laatste zachte winter van 2019-2020 weinig kou. In Borculo was de laagste temperatuur -4,7°C en daarmee de eerste winter sinds de winter van 2014 met geen enkele nacht met matige vorst. De winters van 2020, 2014 en 1989 zijn de enige winters voor Borculo met geen matige vorst. Het aantal vorstdagen in Borculo was met 17 het laagste aantal sinds de winter van 2014 met 12 vorstdagen. Verder had Borculo 96 vorsturen tegen normaal gemiddeld 481 uur. Het aantal vorsturen van 96 uur was ook het laagste aantal sinds de winter van 2014 met 50 uur.

CONCLUSIE

Uit het bovenstaande kunnen we concluderen dat de wapenfeiten voor een zachte winter duidelijk in het voordeel zijn. 
Naast bovengenoemde "wapenfeiten" zijn er ook atmosfeermodellen die een seizoensverwachting maken! De meeste gaan wel voor een zachte winterperiode met meer neerslag dan normaal!
Uit het bovenstaande komt weerstation Borculo vooralsnog tot de volgende winterverwachting:

Weerstation Borculo verwacht vooralsnog over het geheel een zachte winter!

De tijd zal het leren wie er gelijk heeft! Maar besef wel dat geen enkele regel heilig is voor een winterverwachting. De natuur laat zich niet voorspellen en dat is maar goed ook!

TER AFSLUITING

Nog een paar foto's voor de winterliefhebbers!

Een zachte winter wil niet zeggen dat het overal zacht is, het voorbeeld hiervan hadden we in de winter van 2015-2016! Het KNMI-station Nieuw Beerta had een etmaalgemiddelde van -0,1ºC over de eerste drie weken van januari! Over dezelfde periode had het KNMI-station De Bilt een etmaalgemiddelde van 3,5ºC!

Onderstaande foto's zijn van de winter van 2015-2016 in het noorden van Nederland! Linksonder op Ameland en rechtsonder in Zuidhorn op 5 januari 2016.

Onderstaande foto's zijn van Noordlaren op 6 januari 2016 waar men druk bezig was om een ijsvloer klaar te maken voor de eerste schaatswedstrijd van 2016. Overigens was de ijsdikte op diverse sloten in Groningen al ruim drie centimeter.

Onderstaande foto's zijn van 19 januari 2016, linksonder van Ankeveen en rechtsonder van het Leersumse Veld in de provincie Utrecht.

Onderstaande foto's zijn van de vroege vrijdag 13 januari 2017, linksonder in Borculo en de foto rechtsonder maakte Ans Prinsen uit Meddo bij Winterswijk. In Meddo lag in de ochtend een sneeuwdek van zes centimeter.

Hieronder nog een foto vanuit Borculo van de winter van 2009. De eerste decade van januari 2009 verliep in Borculo met een etmaalgemiddelde van -4,6ºC tegen normaal +2ºC. De op twee na koudste eerste decade van januari sinds het begin van de waarnemingen in Borculo in 1981. Alleen in de eerste decade van januari 1985 en 1997 was het nog kouder in Borculo. In de eerste tien dagen van januari 2009 kwam de temperatuur van de tien etmalen in zes etmalen niet boven het vriespunt, oftewel zes ijsdagen. De koudste nacht was de nacht naar 7 januari 2009 met -13,6ºC. In vier nachten kwam de temperatuur onder de -10ºC uit, vier nachten met strenge vorst. Deze vorstperiode was begonnen op tweede kerstdag 2008. Op 11 januari 2009 was de ijsvloer van het Hambroek plaatselijk al 15-20 centimeter dik en kon er op geschaatst worden. Onderstaande foto is van het Hambroek in Borculo op 11 januari 2009, schaatsen.

Lukte het in januari 2009 om in Borculo te schaatsen op natuurijs van de zandafgraving het Hambroek en op het meer de Schoolte, in januari 2010 lukte dat niet ondanks de stevige vorstperiode en ook in de winter van 2011 lukte dat niet. De oorzaak was in beide gevallen de overvloedige sneeuwval. Er werd dan ook gewaarschuwd in Borculo, o.a. op het meer van het Hambroek, zie onderstaande foto. En dat kan natuurlijk ook in de winter van 2018-2019 gebeuren.
De vorstperiode in de winter van 2010 hield het in Borculo negentien etmalen vol en wel van 28 december 2009 t/m 15 januari 2010. Dit was voor Borculo tot dan de langste reeks sinds de winter van 1997. Maar in de winter van 2010-2011 was de vorstperiode net wat langer in december 2010 met 20 etmalen op rij. De langste reeks met vorst op rij dateert in Borculo van de winter van 1986 met dertig etmalen op rij met vorst. Het bijzondere van deze langste reeks vorstdagen op rij in de winter van 1986 is dat deze pas begon op 3 februari! De vorstperioden van de winters van 2010 en 2011 met respectievelijk 19- en 20 vorstdagen op rij behoren wel tot de vijf langste reeksen voor Borculo sinds 1981. In de winter van 2010 telde Borculo ook nog 17 sneeuwdekdagen, tot dan het hoogste aantal voor een winterperiode in Borculo sinds het begin van de reguliere metingen in 1981. Dit record sneuvelde ook in de winter van 2011 met 25 sneeuwdekdagen.

Vergeet niet dat de astronomische winter nog loopt tot 21 maart en maart kan ook nog behoorlijk winteren. Hieronder een aantal foto's van de maand maart met winterse omstandigheden.

Vanaf 11 maart 2006 kwam het weer in negen nachten op rij tot vorst in Borculo, op 12- en 13 maart zelfs met respectievelijk -7,8°C en -6,4°C. De vorst was meer dan voldoende om de Borculose ijsbaan weer van een gesloten ijsvloer te voorzien. Ook op vele sloten kwam het tot ijsvorming. Hieronder links de Borculose ijsbaan op 13 maart 2006 en rechtsonder ijsvorming op de sloten.

 

In Borculo kwam het in de nacht naar 25 maart 2008 tot een sneeuwdek van vier centimeter. Opmerkelijk is hierbij wel dat het in de winter van 2008 in Borculo niet tot een sneeuwdek kwam, dit was sinds 1995 niet meer voorgekomen in Borculo. Maart het verlengstuk van de winter, zie onderstaande foto!

 

Ook het voorjaar van 2013 was nog lang koud! Zo was de laagste temperatuur van maart 2013 in Borculo -9,4ºC op 13 maart! Dat was voor Borculo de op één na laagste temperatuur voor maart sinds 1981, alleen in maart 2005 met -12,4ºC nog wat kouder. Maart 2013 telde in Borculo het hoogste aantal vorstdagen voor maart sinds 1981 met 20 nachten met vorst! Verder zelfs twee ijsdagen! Het KNMI-station Ell had met -13,3ºC op 13 maart een nieuw decaderecord voor Nederland!
De lente van 2013 was voor Borculo de koudste sinds 1981 en landelijk staat de lente van 2013 op een zevende plaats in de lijst van koudste lentes sinds 1901!

Weerstation Borculo wenst in ieder geval alle winterliefhebbers veel winterplezier! Voor de echte schaatsliefhebber op natuurijs natuurlijk niet teveel sneeuw!
Ja, dan de winterhaters............. ik zou zeggen even doorbijten, bedenk dat het op 4 februari 2004 al weer 16,1ºC werd in Borculo en op het KNMI-station Eindhoven al 18ºC! En wat te denken van de 20,5
ºC op 27 februari 2019 op het KNMI-station Arcen! In Borculo op 27 februari 2019 19,1ºC en in de winter van 2020 op 16 februari ook al 17,5ºC en op het KNMI-station Arcen 18,2ºC. Dus wie weet!
Voor de echte koukleumers zijn onderstaande foto's mogelijk een goede tip als tijdelijke oplossing!

Om de winterverwachting af te sluiten nog een tip voor iedereen!

 En nog een laatste tip volgens de "geleerden" uit het oosten van het land:
Al heb ie een jas met golden kneupe, zonder sukke krieg ie kolde veute!


datum plaatsing: 5-12-2020
vragen? stuur een email naar:  hj.dute@hccnet.nl


 

copyright: weerstation-borculo  (Herman Dute)